Eén van de succesvolste Nederlandse bands uit de vorige eeuw was Doe Maar. De band was in 1978 opgericht door toetsenist Ernst Jansz. In dat jaar trad de band voor het eerst op tijdens het rondtrekkende Festivals Of Fools. De grote successen bleven echter nog uit. Het duurde tot begin jaren 80 voordat hun populariteit tot grote hoogte steeg.
De komst van Henny en de doorbraak
In 1980 voegde Henny Vrienten zich bij de band. Hij bracht 3 nummers die in de omslag naar de jaren 80 alles veranderden. Er was een platencontract bij Telstar en de eerste albums Doe Maar en Skunk werden uitgebracht. Deze leverden niet meteen het grote succes op. Het was het reggae album Doris Day en andere stukken dat voor de grote doorbraak zorgde.
Is dit alles?
De nummers Doris Day, Belle Hélène en Is dit Alles zong iedereen uit volle borst mee. Ook de nummers van het eerder uitgebrachte album Skunk werden legendarisch. Sinds een dag of 2, Nederwiet en Smoorverliefd zijn nog steeds meer dan goede herinneringen. In mei 1982 ontving de groep de Zilveren Harp die als aanmoedigingsprijs wordt uitgereikt aan aanstormend talent. Een terechte prijs want aan het einde van dat jaar werd hun eerste nummer 1 hit De Bom een feit, direct gevolgd door de tweede nummer 1 hit Pa.
Charisma , commerciële inslag en merchandise
Henny Vrienten (zang/basgitaar) bracht niet alleen nieuwe nummers, maar ook een commerciële inslag met zich mee. Daarbij had hij een charismatische uitstraling waarmee hij de harten won van vele tienermeisjes. Een ultieme combinatie voor succes. Ernst Jansz had ook een grote aantrekkingskracht op de vrouwelijke fans. Ontelbare slaapkamermuren werden bedekt met posters van Henny en Ernst. Doe Maar was voor iedereen. Heel Nederland ging massaal voor de muziek van de band waarmee ze een ware rage ontketenden. Zweetbandjes, T-shirtjes, sjaaltjes, buttons, alles werd in rap tempo geproduceerd en verkocht.
Een voorlopig einde
Hun populariteit steeg tot ongekende hoogte. Vrienten en Jansz waren niet weg te denken in alle media en binnen enkele maanden zag het halve land groen en roze. Aan al dat succes kwam op woensdag 22 februari 1984 een einde. Het nieuws dat Doe Maar uit elkaar ging, haalde zelfs het serieuze Achtuurjournaal van de NOS. Vanuit de band en de platenmaatschappij werd gesuggereerd dat de band uit elkaar was gegaan door de onbeheersbare vormen van het succes van de band. De bandleden waren moe door gebrek aan privacy en door optredens voor duizenden hysterische en gillende meisjes. Op de achtergrond waren er echter ook forse meningsverschillen tussen Vrienten en Jansz over het op handen zijnde vijfde studio album. Vrienten en Jansz hadden altijd een strikte verdeling van het auteurschap nagestreefd. Jansz schreef meer de romantische liedjes, Vrienten verzorgde de cynische en meer politieke teksten. Deze krampachtige en kruideniersachtige verdeling, alsmede de niet altijd aanwezige waardering van Vrienten en Jansz voor elkaars werk, was mede bepalend voor het uiteenvallen van de band.
Afscheid en reünie
In april 1984 gaf de band nog twee afscheidsconcerten. Vanaf 2000 kwam de band weer bij elkaar voor een reeks zeer succesvolle reünieconcerten die werd afgesloten met Symphonica in Rosso in 2012.